Keelkanker

Over keelkanker

Keelkanker is geen vastomlijnde medische aandoening. Deze term wordt vaak gebruikt als aanduiding voor elke vorm van kanker vanaf achter in de mond, het bovenste deel van de slokdarm en het strottenhoofd. Er zijn verschillende soorten keelkanker en elke patiënt is anders, maar de twee meest voorkomende soorten keelkanker zijn:

● Strottenhoofdkanker

● Slokdarmkanker

Strottenhoofdkanker verwijst naar kanker die ontstaat in de weefsels van de larynx (het strottenhoofd). De larynx is deel van de keel tussen de basis van de tong en de luchtpijp en bestaat uit de volgende drie delen:

Supraglottis: het bovenste deel van de larynx, boven de stembanden, inclusief de epiglottis (het strotklepje)

Glottis: het middelste deel van de larynx, waar de stembanden zich bevinden

Subglottis: het onderste deel van de larynx, tussen de stembanden en de luchtpijp 

Slokdarmkanker vormt zich in de farynx, de holle buis die van achter de neus naar de bovenkant van de luchtpijp loopt. Deze vorm onderscheidt drie soorten:

● Neus-keelholtekanker: ontstaat in het bovenste deel van de keel, achter de neus

● Mond-keelholtekanker: ontstaat in het middelste deel van de keel, achter de mond

● Hypofarynxkanker: ontstaat in het onderste deel van de keel, net boven het strottenhoofd

Ehns Throat Diagram Netherlands

RISICOFACTOREN

Naast de risicofactoren die verband houden met alle vormen van hoofd-halskanker kunnen ook genetische afwijkingen en slechte voeding bijdragen aan een hogere kans op kanker.

PREVALENTIE

In 2012 werden er wereldwijd bijna 300.000 nieuwe gevallen van strottenhoofdkanker gediagnosticeerd. Het bezet daarmee de 13de plaats op de lijst van meest voorkomende ziekten bij mannen. Het aantal gevallen van keelkanker in de verschillende landen varieert sterk, hoewel dit wereldwijd veel vaker voorkomt bij mannen dan bij vrouwen. Dit is een afspiegeling van de verschillen in blootstelling aan de risicofactoren waarvan bekend is dat ze keelkanker veroorzaken. Keelkanker komt vaker voor bij personen boven de 55 jaar, hoewel er ook bij jongere patiënten tumoren op deze plaatsen kunnen ontstaan.

Strottenhoofd- en slokdarmkanker zijn moeilijk te onderzoeken. Daarom kan het noodzakelijk zijn om onder volledige narcose een uitgebreider endoscopisch onderzoek te ondergaan.

Er bestaan geen bloedtests voor het diagnosticeren van strottenhoofd- of hypofarynxkanker. Er kunnen echter wel bloedtests worden uitgevoerd in het kader van een algemene beoordeling voorafgaand aan een algehele narcose.

Symptomen

Omdat het strottenhoofd en het bovenste deel van de slokdarm naast elkaar liggen, zijn de symptomen die patiënten gewaarworden als gevolg van kanker aan één van beide zijden vergelijkbaar. De meest voorkomende symptomen zijn een aanhoudende verandering van de stem (deze blijft langer dan 3 weken schor of hees) of problemen bij het doorslikken van voedsel (vaak is vast voedsel eerder een probleem dan vloeistoffen). Verdere symptomen kunnen zijn:

  • Pijnlijke keel
  • Langdurige oorpijn (met name als slechts één oor is aangedaan) 
  • Luidruchtige of moeilijke ademhaling
  • Ongewenst gewichtsverlies
  • Bloed ophoesten 
  • Een knobbel in de nek 

Diagnose

Veel van de hiervoor beschreven symptomen kunnen optreden als gevolg van andere, niet-kwaadaardige aandoeningen. Het is echter belangrijk dat een arts die is gespecialiseerd in hoofd-halskanker iedereen met langdurig aanhoudende symptomen onderzoekt. Meestal houdt dit in dat een arts een uitgebreide voorgeschiedenis afneemt en in de kliniek mond, keel en nek onderzoekt.

Kankers van het strottenhoofd en het bovenste deel van de slokdarm zijn lastig te onderzoeken en daarom kan het ook noodzakelijk zijn om onder algehele narcose een uitgebreider onderzoek met een endoscopie te ondergaan. Tijdens deze endoscopie kunnen er biopten worden genomen van eventuele verdachte gebieden om de diagnose te kunnen bevestigen. Hierbij kan radiologisch beeldvormingsonderzoek van de nek en de keel worden uitgevoerd met echografie, computertomografie (CT) en magnetic resonance imaging (MRI) om de grootte en de uitbreiding van een eventuele tumor te bepalen, en om te kijken of de lymfeklieren in de nek zijn aangetast. Er bestaan geen bloedtests voor het diagnosticeren van kanker van de larynx of hypofarynx. Deze kunnen echter wel worden uitgevoerd als onderdeel van een meer algemene beoordeling voorafgaand aan een algehele narcose.

Behandeling

De behandelingsopties voor een eventuele tumor zijn afhankelijk van diverse factoren, waaronder grootte, locatie, type en aantasting van andere omliggende structuren. In dit opzicht zijn er geen verschillen tussen kanker van de larynx en van de farynx. Daarom zal een eventuele behandeling worden afgestemd op het individu.

Over het algemeen kunnen tumoren van de larynx in een vroeg stadium worden behandeld met een operatie of met radiotherapie. Een combinatie van chemotherapie en radiotherapie wordt regelmatig toegepast voor de iets grotere laryngeale en hypofaryngeale tumoren, terwijl de ziekte in een zeer vergevorderd stadium meestal wordt behandeld met chirurgische resectie.

Bij elke persoon heeft de tumor specifieke biologische kenmerken en deze kunnen van invloed zijn op de wijze waarop de tumor zich ontwikkelt. Biologische therapieën zijn behandelingen die doelgericht op deze kenmerken kunnen worden ingezet, zodat de kankercel stopt met groeien en delen.

Nieuwere behandelingen zoals fotodynamische therapie, protonentherapie en geneesmiddelen die op moleculaire schaal inwerken op de tumor, worden minder vaak gebruikt. Er wordt echter steeds meer onderzoek naar gedaan als onderdeel van klinische studies van hoofd-halskanker. 

Veelgestelde vragen over keelkanker

Welke stadia van keelkanker zijn er?

Net als bij alle overige vormen van kanker verdelen artsen keelkanker in groepen of stadia. Deze zijn hoofdzakelijk gebaseerd op de omvang van de ziekte en de agressiviteit van het tumortype. Deze stadia variëren van I (kleine, vroegtijdige tumoren die nog steeds lijken op het weefsel waaruit ze afkomstig zijn, ook wel 'goed gedifferentieerd' genoemd) tot stadium IV (grotere, meer gevorderde tumoren die niet meer lijken of het normale weefseltype, d.w.z. 'slecht gedifferentieerd').

Kan kanker van de larynx/farynx zich verspreiden?

Wanneer kankercellen niet vroegtijdig worden ontdekt, kunnen deze zich helaas verspreiden vanaf de oorspronkelijke plaats in het strottenhoofd of de slokdarm naar de klieren in de nek (lymfeklieren) en zelfs naar de longen en de lever. Zodra de kanker zich heeft verspreid, is de behandeling moeilijker. Vandaar de noodzaak om te proberen de ziekte in een zo vroeg mogelijk stadium te ontdekken.

Als ik aan mijn strottenhoofd wordt geopereerd, kan ik dan daarna nog wel praten?

Kleine tumoren aan de stembanden kunnen zodanig worden weggenomen dat de hoofdstructuur van de larynx intact blijft. In dit geval kan er wat verandering optreden in de kwaliteit van de stem en kan schorheid of heesheid toenemen, maar meestal veroorzaakt dit geen problemen. Als de tumor veel groter is, kan het noodzakelijk zijn de larynx volledig weg te nemen (dit wordt een laryngectomie genoemd). Zelfs in dat geval zijn er manieren om het stemgeluid te herstellen door middel van kleppen of elektronische apparaten. Dit is echter heel anders dan uw normale stemgeluid en de resultaten zijn minder voorspelbaar.

Kan ik weer normaal slikken?

Zowel bij een operatie als bij chemoradiotherapie kan uw normale slikvermogen worden aangetast. De reden hiervan kan zijn dat het slikmechanisme niet goed meer werkt of dat er vaak na chemoradiotherapie een tekort ontstaat aan speeksel, wat een droge keel veroorzaakt. Tijdens de ingreep kan het noodzakelijk zijn een dun buisje via de neus in de maag te plaatsen dat kan worden gebruikt om de inname van vocht en voedingsmiddelen te ondersteunen.

Kan keelkanker worden genezen?

Ja. Tenzij de tumor zeer groot is en omliggende structuren binnendringt die niet kunnen worden verwijderd, of zich heeft verspreid naar verafgelegen delen van het lichaam, is het doel van de behandeling de ziekte te genezen. Helaas kunnen zelfs kleinere tumoren die volledig zijn verwijderd, later terugkomen, of er kan een nieuwe tumor ontstaan vanwege aanhoudende blootstelling aan de bekende risicofactoren.

Heeft het nog zin om te stoppen met roken als ik keelkanker heb?

Ja. Als u blijft roken, zal een eventuele behandeling minder effectief zijn en kan het herstel minder voorspoedig verlopen. Als u blijft roken, neemt bovendien het risico toe dat de kanker terugkomt of dat er later op een bepaald moment een nieuwe tumor ontstaat. 

Zijn er onderzoeken waaraan ik kan deelnemen?

Er worden steeds meer klinische onderzoeken uitgevoerd waarin wordt gekeken hoe de diagnose en behandeling van hoofd-halskanker kunnen worden verbeterd en er zijn bewijzen dat de patiënten die aan klinische onderzoeken deelnemen, betere resultaten boeken. Bent u geïnteresseerd in deelname aan een klinisch onderzoek, bespreek dit dan met uw arts. Deze kan u vertellen of u in aanmerking komt voor deelname.

Hoe lang kan ik na de behandeling niet werken?

Dit is zeer verschillend en hangt af van de omvang van de vereiste behandeling. Bij een operatieve ingreep vanwege kleine tumoren kunt u mogelijk slechts enkele weken niet werken. Een bestralingskuur kan verschillende weken duren en een langere hersteltijd vereisen. Een uitgebreide behandeling met een operatie of chemotherapie en radiotherapie kan betekenen dat u een aantal maanden niet kunt werken.